Peter Berger

Door | 30/12/2017

Peter Berger (1929-2017) was een invloedrijk godsdienstsocioloog. Zijn boek uit 1967 The Sacred Canopy vestigde zijn naam op dit terrein. In dit boek past hij de sociologische theorie die hij samen met Luckmann ontwikkelde over de menselijke samenleving tout court, toe op de godsdienstige instellingen. Die theorie (sociaal constructivisme) wil zeggen dat de vormgeving van de samenleving  1. een ‘voortbrengsel is van de menselijke verbeeldings- en ordeningskracht (de samenleving is een product van de mens)  2. door objectivering tegelijk ook iets is dat ‘buiten de mens’ bestaat (“sui generis”) en  3. door het proces van interiorisering ook weer ‘de mens’ voortbrengt (de mens is een product van de samenleving). Al lang voor het jaar 2000 aanbrak, heeft hij ingezien dat zijn voorspelling over religie (moderniteit > pluralisering > secularisatie) fout was. Moderniteit leidt niet noodzakelijk tot secularisatie, maar wel tot pluraliteit (als feit), d.w.z. dat men niet meer op dezelfde manier religieus kan zijn als vroeger, nl. vanzelfsprekend. Of zoals hij het zelf verwoordde:

If I look back on my earlier work, I would say that I was wrong about secularization, but right about pluralism. I misunderstood the relation between the two: the latter does not necessarily lead to the former (vide the American case). What pluralism does (and there I was right) is to undermine all taken-for-granted certainties, in religion as in all other spheres of life. But it is possible to hold beliefs and to live by them even if they no longer hold the status of taken-for-granted verities. In other words, I would now say that pluralism affects the how of religious belief, but not necessarily the what. (‘Postscript’ in Linda Woodhead, ed. Peter Berger and the Study of Religion (2001), p. 195)

Dit kan vervolgens zowel tot relativitering als tot fundamentalisering van het religieuze leiden, en beiden kunnen – nog steeds volgens Berger – ‘ontsporen’ in hun respectieve ‘ismen’, waarbij de de eigen levensfilosofie en wereldvisie op een strijdbare (= de andere positie bestrijdende, en de soms opduikende twijfel onderdrukkende) manier wordt verdedigd. Zie bijv. zijn In Praise of DoubtHow to Have Convictions Without Becoming a Fanatic (2008). In dit werk probeert hij samen met de sterker politiek-filosofisch onderlegde Zijderveld een ’tussenpositie’ in te nemen. Institutionele levensbeschouwingen krijgen daar een royale plaats en positieve rol in de samenleving toebedeeld, op voorwaarde dat ze aan zeven voorwaarden voldoen. Hier kunt u ze lezen (in het Engels). Zijn laatste grote werk was ook aan religie gewijd: The Many Altars of Modernity: Toward a Paradigm for Religion in a Pluralist Age (2014).

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze website gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.